2012
1/1/20126 min read
Reisverslag februari 2012
Bijna 2,5 jaar na ons laatste bezoek in oktober 2009, gingen we pater Bruno weer bezoeken.
in de tussenliggende periode is pater Bruno ernstig ziek geweest.
Door het plotselinge overlijden van zijn zus als gevolg van een hartinfarct in 2010, was hij naar Italië gereisd.
Bij een controle in een Italiaans ziekenhuis, werden eind september ook hartproblemen bij pater Bruno geconstateerd.
Ze hebben hem op 1 oktober geopereerd en hij kreeg twee bypasses. Het was een zware operatie en pas in april 2011
was hij zover hersteld dat hij voor drie weken naar zijn post in Morrumbene mocht reizen. Tijdens zijn afwezigheid zorgde pater Pedro dat alles door kon blijven gaan. Eind augustus 2011 is pater Bruno weer definitief naar
Morrumbene gegaan om zijn werk daar te hervatten.
Op vrijdag 1 0 februari 2012 vlogen Hans Stolk en Ton Groot opnieuw naar Johannesburg. Zaterdag reisden we
daarvandaan met de auto naar Maputo. Frank Houdijk en zijn vrouw Claudia waren vanuit Portugal naar Maputo
gevlogen.
Zondag 12 februari gingen we met zijn vieren op weg naar het hotel Barre Beach Lodge, in de buurt van het stadje Inhambane. Voor het eerst hadden we een perfecte weg en overal goed asfalt. De reis verliep hierdoor erg voorspoedig en zondagmiddag arriveerden we in ons hotel.
Maandagmorgen gingen we op pad naar Morrumbene, waar we bij aankomst hartelijk werden ontvangen door pater Bruno en pater Pedro. Ook zijn Mozambikaanse assistent, Diamantino Destino Malaia, was aanwezig, waardoor we ook weer in het Engels konden communiceren. Pater Bruno was heel blij ons weer een keer te zien en hij zag er zelf goed uit.
Vrijwel direct gingen we naar de nieuwe kleuterschool, die nu volop in gebruik is. Eerst gingen we naar het kantoortje,
waar we een van de nonnen de spullen overhandigden die onze vrouwen hadden meegegeven. We hadden weer
tassenvol pennen, kleurpotloden, schriften en ook schooltassen van het ID college mee. Ze kon haar ogen niet geloven, toen we alles hadden uitgestald op haar bureau en ze was er ontzettend blij mee.
Daarna bezochten we de klassen. Er zijn vier lokalen en ook de gemeenschappelijke zaal was als klas ingericht. In iedere klas zaten 44 kinderen.
Ook een van de noodlokalen werd nog gebruikt, zodat ze nu zes klassen met in totaal 264 kinderen in de leeftijd van vier en vijfjaar op de kleuterschool hebben. Iedere klas van 44 kleuters heeft twee onderwijzeressen; enthousiaste, jonge meisjes, die allemaal dezelfde mooie kleren aan hadden. Behalve dat ze er verzorgd en netjes uitzien, zijn ze allemaal ook heel positief en gemotiveerd. Iemand van de universiteit heeft een snelcursus gegeven om de
onderwijzeressen op te leiden.
In de keuken waren de vrouwen volop aan het koken voor de lunch. Er stonden twee grote pannen op het houtvuur: één met rijst en één met kip. De kinderen krijgen om acht uur een ontbijt en om twaalf uur krijgen ze een lunch. Totaal werken er twintig mensen bij de kleuterschool: dertien onderwijzeressen, vier mensen in de keuken en drie mensen om alles schoon te houden.
Nadat we een rondgang door het hele schooltje gemaakt hadden, gingen we naar buiten. Daar lieten ze twee kinderbadjes vol met water lopen en de kinderen mochten er in groepjes instappen om wat verkoeling te zoeken. De kinderen vonden het prachtig in het water. We namen afscheid van de kinderen en de onderwijzeressen en pater Bruno liet ons de nieuwe bron zien, die geslagen was bij de kleuterschool. De nieuwe bron was zeventig meter diep en was noodzakelijk omdat de oude bron niet meer voldoende water gaf. Deze bron kan nu ook gebruikt worden voor het vullen van de grote watertank.
Tussen 1 7.00 en 20.00 uur mogen de inwoners van Morrumbene hier twintig liter water komen ophalen. Dit water is
schoon, waardoor de mensen niet het risico lopen ziek te worden. De pompen draaien nu op het vaste elektriciteitsnet in plaats van op de aggregaat. Vol trots liet pater Bruno ons de transformator en de complete installatie zien. Na ons laatste bezoek hebben we ons ingespannen voor de financiering van deze investering. Het was ons helaas niet gelukt dit te realiseren. Dit nam niet weg dat de aansluiting op het vaste elektriciteitsnet voor de mensen van groot belang was. Pater Pedro heeft het tijdens de ziekte van pater Bruno toch weten te realiseren. Om deze reden noemde pater Bruno zijn hartaanval gekscherend een geluk bij een ongeluk. Omdat pater Pedro er alleen voorstond, zijn er veel mensen geweest die geholpen hebben het geld voor deze investering bijeen te brengen. Door de aansluiting op het vaste net wordt er veel geld bespaard. Omgerekend kost het nu € 300,- per maand aan elektriciteit om de watervoorraad iedere dag te verzorgen. Voorheen waren de kosten € 900,- per maand aan dieselolie en kwamen er ook nog kosten voor onderhoud bovenop. Nadat we alles gezien hadden liepen we nog even naar de overkant van de weg om bij de lagere school te kijken. Hier wordt lesgegeven aan 4000 kinderen in de leeftijd tussen zes en twaalf jaar. Dit gebeurt in verschillende shifts. Na de lagere school kunnen de kinderen eventueel nog driejaar wat vervolgonderwijs krijgen in Morrumbene. Voor wie daarna nog wil doorleren, zijn er alleen mogelijkheden buiten Morrumbene. Er wordt veel aandacht besteed aan onderwijs, in ieder geval zijn de scholen er. Of het niveau voldoende is, is nog de vraag. Toen in 1975 de Portugezen Mozambique moesten verlaten, was volgens pater Bruno het onderwijsniveau hoger dan nu het geval is . Toen we terugliepen zagen we veel kinderen die bij pater Bruno water kwamen drinken, want op de school hebben ze geen water. Het was nu tijd voor de gebruikelijke lunch bij Mama Lourdes. Naast de spaghetti en de gebraden kip, stond er voor de
afwisseling ook gebraden konijn op het menu.
We bespraken dat er de laatste jaren in kleine stappen heel veel verbeterd is in Mozambique en de directe omgeving van Morrumbene. Zo is er nu een goede asfaltweg en kan gebruik gemaakt worden van een mobiel telefoonnetwerk. Vroeger moest men naar Inhambane om te bellen. Het vaste elektriciteitsnet dat nu is aangelegd, is een enorme vooruitgang. Ook zijn er veel meer producten verkrijgbaar in de winkels in de omgeving. Vroeger moest je voor bijna
alles naar een grote stad en dan was het ook nog zo dat lang niet alles er was. Ook als je geld had, kon je bijvoorbeeld nog geen hamer kopen. De districten hebben meer verantwoordelijkheid gekregen en dat zorgt ervoor dat alles wat beter functioneert. Het is echter nog lang geen rozengeur en maneschijn. De gezondheidszorg is nog steeds heel erg slecht. Je bent niet best af als je in een ziekenhuis belandt. Een ander groot probleem is de enorme werkloosheid. Er is niet of nauwelijks werk voor de mensen. Er zijn maar een paar fabrieken in de directe omgeving, maar deze gaan ook weer gemakkelijk voor een bepaalde tijd dicht. De kokosoliefabriek, gebouwd met Nederlandse PSOM subsidie, heeft nooit gewerkt. De trekker die er stond, hebben ze nu voor de veiligheid voor het politiebureau geparkeerd, maar evengoed worden alle onderdelen eraf gestolen.
De Chinezen zijn erg aanwezig in heel Afrika. Ook in Mozambique investeren ze veel. Zo is bijvoorbeeld de nieuwe asfaltweg aangelegd door China. Ze hebben een nieuw stadion gebouwd in Maputo en bouwen daar nu ook een nieuw vliegveld. Ze werken met hun eigen machines en alle benodigde materialen komen uit China. Het werk wordt ook allemaal verricht door Chinese arbeiders, dus de investeringen dragen niet bij aan de werkgelegenheid voor de Mozambikanen. Mozambique betaalt dit terug door scheepsladingen vol tropisch hardhout aan China te leveren.
Na de brunch gingen we de houtzagerij en timmerfabriek van de ander kant van het dorp bezoeken. Hier werken nu acht mensen. Momenteel waren ze schoolbanken en kasten aan het maken voor de universiteit van Maxise. Hiervoor
gebruikten ze hardhout uit het binnenland. Het zijn mooie, maar loodzware banken. Bij dit project staan ook de mangobomen. Er hingen nu geen vruchten meer aan, maar enkele maanden eerder hebben de vrouwen uit het dorp langs de weg voor € 2000,- mango’s verkocht en verdienden daar zelf ook weer wat mee.
We bezochten er de ambachtsschool. De leraar en acht leerlingen stonden ons op te wachten. In de klas vertelde pater Bruno de leerlingen dat Hans en Ton al meerdere keren op bezoek zijn geweest en dat Stichting pater Bruno hun opleiding al vele jaren financieel steunt, om hun een nieuwe toekomst te bieden. Totaal zijn er nu 48 leerlingen
opgeleid op de ambachtsschool. In november begint er weer een nieuwe cursus voor twee jaar. Als de leerlingen slagen, krijgen ze een kist vol gereedschap mee om zelf mee aan de slag te kunnen gaan. Pater Bruno heeft ons een kist laten zien en het is allemaal kwaliteitsgereedschap van het merk Stanley. Pater Bruno gaf aan dat hij geen Chinees gereedschap wilde kopen, omdat dat al na een paar keer gebruiken kapot ging. In april wordt ook weer gestart met een nieuwe naaicursus voor tien vrouwen. Deze cursus gaat zes maanden duren.
Na het bezoek maakten we nog even een rondrit door Morrumbene en omgeving. We zagen er de gestripte Massey
Ferguson trekker en ook de verpauperde kokosoliefabriek. Ze waren ernaast nu wel een nieuwe fabriek aan het bouwen. Hopelijk wordt deze fabriek wel in gebruik genomen.
Stichting Pater Bruno
Rekeningnummer: 108524957
Deze website is mede mogelijk gemaakt door Ted de Wit
© 2025. All rights reserved.